Zorg in crisissituaties: ‘er kan nu een andere aanpak gekozen worden’

Langdurig een veelheid aan prikkels, een onjuiste diagnose of niet goed afgestemde zorg. Allerlei aspecten die voor mensen met een beperking erg belastend kunnen zijn. Soms kan het allemaal even teveel worden. Om in zo’n situatie de zorg rondom de cliënt beter en duurzaam te organiseren, is in 2017 het eerste crisis- en ondersteuningsteam (C.O.T.) opgericht in de zorgregio Utrecht. Anno 2021 is er in elke regio in Nederland een C.O.T. beschikbaar. Stijn Harbers (Zorgverzekeraars Nederland) en Sofie Wouters (ministerie van VWS) blikken terug op het project, dat onderdeel uitmaakt van het programma Volwaardig Leven. Ook vertelt Adrie Feenstra* wat de hulp van een C.O.T. voor haar broer Pieter* heeft betekend.

Een man zit in een rolstoel.
Op deze manier gaat Pieter Feenstra graag naar buiten. Dat doet hij twee keer per dag.
In een aantal terugblikartikelen lichten we verschillende projecten uit die de afgelopen jaren binnen het programma Volwaardig Leven gestart zijn. Aan het woord zijn de mensen voor wie het project echt een verschil heeft gemaakt, en die er nauw bij betrokken zijn geweest. Mensen met een beperking, hun naasten en begeleiders en beleidsmakers.

Elk crisis- en ondersteuningsteam is multidisciplinair en bestaat uit 6 á 7 teamleden, waaronder een GGZ- en gedragspsycholoog, een sociaal-psychiatrisch verpleegkundige en een zeer ervaren groepsleider. De leden brengen elk hun eigen kennis en expertise mee. Daarvoor zijn zij vrijgesteld van hun reguliere werk bij een zorginstelling. De teamleden werken bij verschillende zorginstellingen, maar geven hun adviezen uit naam van het C.O.T. zonder verbonden te zijn aan een zorginstelling.

Voorkomen

Stijn Harbers was de afgelopen jaren betrokken bij het opzetten van de teams door Nederland en was onderdeel van meerdere C.O.T.’s. Hij vertelt hoe de teams te werk gaan: ‘Wanneer er ergens een crisis dreigt, komt het team op locatie langs bij de cliënt. Samen met het bestaande zorgteam kijkt het C.O.T. naar wat de cliënt nodig heeft om te voorkomen dat de situatie verslechtert. En: hoe voorkomt het zorgteam de volgende keer dat het weer zover komt?’

Hierbij is het doel altijd om het oorspronkelijke team weer de zorg te kunnen laten bieden die de cliënt nodig heeft. De zorg duurzaam te organiseren. Daar helpt het C.O.T. op verschillende manieren bij, afhankelijk van wat er in die situatie nodig is. ‘Dat kan zijn via kennisoverdracht, of door voorbeeldgedrag te laten zien.’

‘Het team kijkt naar wat het beste is voor de cliënt’

Verschil

Deze aanpak verschilt met de manier waarop er vroeger met een crisissituatie werd omgegaan. ‘Voorheen was de gebruikelijke route vaak een crisisopname,’ vertelt Stijn. ‘terwijl dat erg ingrijpend is voor de cliënt. En lang niet altijd de beste oplossing. Nu is er meer mogelijk, er kan een andere aanpak gekozen worden.’

Al betekent de komst van een C.O.T. niet dat een crisisplek uitgesloten is. ‘Het team kijkt naar wat het beste is voor de cliënt. Soms is dat wel een crisisopname voor de korte termijn. Ook al brengt de verhuizing veel stress met zich mee, soms weegt het op tegen wat de cliënt nodig heeft. Zoals specialistische zorg, die de crisisplek kan bieden.’

Zoektocht

De zorgverleners van Pieter Feenstra kregen eerder dit jaar hulp van een crisis- en ondersteuningsteam. Het lukte hen niet meer om Pieter de zorg te geven die hij nodig had. Zijn zus Adrie vertelt hoe Pieter langzaam achteruit ging. ‘Hij raakte steeds vaker verward of gedesoriënteerd. Voor het jaarlijkse familie uitje dit jaar was hij ’s nachts zo onrustig dat hij in bed lag te gillen. Toen moest ik bij hem gaan slapen, anders hield hij niet op.’

‘Ze wisten niet wat ze met hem aan moesten’

Eenmaal terug op de groep konden zijn zorgverleners er niet goed meer mee omgaan. ‘Ze wisten niet wat ze met hem aan moesten.’ Medebewoners werden er ook onrustig van. ZZP’ers werden ingeschakeld voor de nacht. Dat mocht niet baten. ‘Regelmatige wisselingen binnen het kernteam maakten de situatie er ook niet beter op. Toen ben ik zelf maar ‘’zorgdiensten’’ gaan draaien. Dat hielp onvoldoende voor mijn broer en de mensen om hem heen.’

Inventariseren

Op advies van de betrokken crisisregisseur werd een crisis- en ondersteuningsteam samengesteld. Het team begon met het inventariseren van de zorg die Pieter tot dan toe had gekregen. Door met alle betrokkenen te kijken naar wat zij hadden gedaan, welke situatie wenselijk is en hoe dat te organiseren valt. Wat bleek? Basisafspraken werden vaak niet nagekomen. ‘Dat zag ik al wanneer ik ’s ochtends binnenkwam om Pieter uit bed te helpen. Dan stond bijvoorbeeld het materiaal voor ontbijt niet in de koelkast. Terwijl iets anders was afgesproken.’

Het C.O.T. stimuleerde het zorgteam om eerlijk te zijn, naar elkaar toe en naar Adrie. En te accepteren dat ook Adries inbreng waardevol kan zijn. Dat heeft effect. ‘Laatst heb ik samen met een begeleider de bestaande scenario’s handzamer, korter en beter leesbaar opgeschreven. Wat je als begeleider doet, hoe Pieter daarop reageert. En hoe je daarmee omgaat. Dat helpt het team al enorm.´

Ook in de communicatie tussen Adrie en het zorgteam zijn veranderingen in gang gezet. ‘Wanneer ik constateer dat afspraken niet zijn nagekomen, wordt daar iets mee gedaan. Zo wordt de collega die het niet goed heeft gedaan hierop aangesproken door Pieters persoonlijk begeleider. Ook wordt diegene opnieuw geïnstrueerd.’

Verbeterpunten

De situatie rondom Pieter is sinds de komst van het crisis- en ondersteuningsteam iets verbeterd. Een goed begin. Al ziet Adrie ook verbeterpunten in de werkwijze van het C.O.T. ‘De eerste keren kwamen de teamleden van het C.O.T. afzonderlijk van elkaar langs, verspreid over een aantal dagen. Elke keer precies op een tijdstip dat het spitsuur was. Dat verhoogt de stress en is niet handig. Later kwamen de teamleden op afspraak. Dat werkt beter, dan kun je er rekening mee houden.’

Complexe zorg: de resultaten
‘Bij een crisissituatie is het vaak de situatie om de cliënt heen die complex is geworden. Met dit programma onderdeel heeft het ministerie samen met de zorgkantoren en zorgaanbieders geprobeerd betere zorg te organiseren voor mensen die in zo’n complexe situatie zitten. Op twee manieren: allereerst door te zorgen voor meer maatwerkplekken voor mensen die echt zorg op maat nodig hebben en nu niet op de goede plek zitten. En door met crisis- en ondersteuningsteams te zorgen dat mensen die nu in crisis zitten, daar zo goed mogelijk doorheen komen. Op dit moment zijn er zo’n 40 maatwerkplekken gerealiseerd. Daarnaast zijn er nu 16 crisis- en ondersteuningsteams actief. Deze teams hebben in drie jaar tijd 176** interventies uitgevoerd. Bij elkaar zijn dat meer dan 200 levens die een zetje in de goede richting hebben gekregen.’

Sofie Wouters, projectleider complexe zorg bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

* De namen van Adrie en Pieter zijn gefingeerd. Hun echte namen zijn bekend bij de redactie.
** Data van oktober 2021